Renswoude Lange Nieuwstraat
De statige gevel van de Fundatie van Renswoude (1756) aan het einde van de Lange Nieuwstraat imponeert voorbijgangers. Het achttiende-eeuwse interieur verrast bezoekers. Maar ook de jonge talenten, die keurig gekleed en vol verwachting de statige trap betreden - want hier worden studiebeurzen verleend.
De Fundatie is opgericht uit het gigantische vermogen dat Maria Duyst van Voorhout Vrijvrouwe van Renswoude (geboren in 1662) in 1754 naliet. Het grootste deel van haar vermogen kwam van haar grootmoeder. Ze kon er echter pas op haar 76ste over beschikken, nadat haar tweede echtgenoot overleden was.
Ze was namelijk tegen de zin van haar grootmoeder hertrouwd. Die keurde haar huwelijk met Frederik Adriaan van Reede, Vrijheer (=edelman) van Renswoude af omdat hij schulden had, een liederlijk leven leidde en werd beschuldigd van sodomie op het Domplein.
Schrandere wezen
In 1749 stelde Maria haar testament op. De belangrijkste erfgenamen waren het Stad Ambachtskinderhuis in Utrecht en twee weeshuizen in Den Haag en Delft. Die kregen de opdracht fundaties (stichtingen) op te richten om schrandere wezen te onderrichten in de wis- en natuurkunde, de kunsten en dijkage om het land te beschermen. Zo werd Maria, die contacten onderhield met onder andere de natuuronderzoeker Anthonie van Leeuwenhoek grondlegger van de eerste beroepsopleidingen.
Eind negentiende eeuw stopte de Fundatie met zelf opleiden. Focus werd toen zowel voor jongens uit het kinderhuis als voor jongens uit gebroken gezinnen voortgezet onderwijs mogelijk te maken. Tot midden vorige eeuw eeuw woonden deze élèves vaak nog intern aan de Lange Nieuwstraat. Nu geeft de Fundatie toelagen aan jongens en
meisjes die door bijzondere omstandigheden hun eerste opleiding zelf niet kunnen betalen.
De Stichting Fundatie van de Vrijvrouwe van Renswoude wordt bestuurd door het College van Regenten. Sinds 2019 maakt Jantien Roelofs hier deel van uit. Zij studeerde Rechten, maakte een overstap naar het onderwijs en is voorzitter van de commissie beurzen.
Aanbeveling decaan
‘Voor corona honoreerden we jaarlijks 35 beurzen. Nu we minder inkomsten hebben doordat we de zalen minder vaak verhuren, zijn dat er vijf per kwartaal. Het gaat om een maximale gift van 1500 euro. De aanvragen, met plan en begroting, komen binnen met een aanbeveling van de decaan en/of de zorgcoördinator van de hogeschool, universiteit of een mbo.’
Roelofs heeft zich sterk gemaakt om laatstgenoemde opleiding ook een kans te geven. Dit in de geest van de weldoenster, die stads- en ambachtswezen verkoos: ‘Schrandere studenten tref je in alle geledingen aan.’ De beurzencommissie steunt ook studenten met autisme bij een opleiding ICT met baangarantie.
Na een jaar volgt een evaluatiegesprek. Helaas is niet bekend of de élèves daarna maatschappelijk slagen. Een aantal van hen - met name van de kunst- en muziekopleidingen - stuurt uitnodigingen voor tentoonstellingen en concerten. Élèves verrijkten de Fundatie in het verleden met legaten en soms nu ook nog wel.
De Fundatie zit in een overgangsfase: het traditionele instituut wil aangehaakt blijven bij de moderne tijd. Dus gaan gesprekken over automatisering, vluchtelingen en buitenlandse studenten. Binnenkort worden de decanen van de opleidingen uitgenodigd voor uitwisseling. Regent Roelofs, ‘Ik vind het bijzonder jonge mensen te ontmoeten, die vertrouwen hebben in de toekomst, die willen doorgaan, gemotiveerd zijn en een optimistisch wereldbeeld hebben. Daar vecht ik voor.’
Wat haar intrigeert: waarom heeft Maria Duyst, een vrouw met een duidelijke visie op onderwijs, deze fundaties niet opgericht tijdens haar leven?