Domplein
Als er één gebouw de gevolgen van de hoge energieprijzen voelt, is het wel de Domkerk. Het is niet meer te doen daar in de winter behaaglijk warm te stoken. Daarnaast tikken ook de kosten voor de verlichting aardig aan. Idem dito andere kerken. Daarom heeft de Protestantse Gemeente Utrecht besloten: in de Jacobikerk, de Nicolaikerk en de Janskerk wordt tot maximaal 10 ºC verwarmd.
Jan Kon is als vrijwilliger al bijna 20 jaar verantwoordelijk voor de verwarming, de verlichting en het geluid van de Domkerk. Sinds kort is hier ook een betaalde kracht voor.
De techniek in de Domkerk is zover ontwikkeld dat Jan thuis kan bekijken wat de temperaturen in de verschillende ruimten van de kerk zijn. Hij kan deze zo ook bijstellen. Naast een maximumtemperatuur wordt ook een basistemperatuur van minimaal 7 ºC aangehouden.
Die maximumtemperatuur geldt elders niet. De kantoren worden apart verwarmd tot een niveau waarbij een hele dag te werken is. Ook de winkel en het Domcafé worden warmer gestookt. De bezoekers van de kerkdienst kunnen op zondag voorverwarmde zitkussens gebruiken; er zijn dekens en in de kerkbanken staat de voetverwarming aan. Mochten de (oudere) kerkgangers het toch te onaangenaam vinden, dan kunnen ze thuis de dienst via internet volgen.
Op de tocht
De vrijwilligers bij de receptie hebben ook verwarmde kussens, dekens en sinds kort infraroodplaten als stralingswarmte. De tocht als de deuren openen, wordt zoveel mogelijk afgeschermd met platen, maar blijft hinderlijk. ‘Ondanks alles is het nog steeds koud, zeker als je hier een aantal uur zit’, zegt een vrijwilliger.
De kerk wordt regelmatig verhuurd. De huurprijs is gebaseerd op de reguliere verwarming. De huurder kan vragen de verwarming op te voeren, maar dan worden de extra kosten in rekening gebracht op basis van de meterstanden; dat kan oplopen tot duizenden euro’s. Sommige kerken, zoals de Martinikerk in Groningen en de St. Bavo in Haarlem, doen daarom de kerk ’s winters op slot.
De kerk wordt verwarmd met stadsverwarming. Deze is midden jaren 80 aangebracht. Het gaat om een bedrijfsaansluiting: de kerk wordt niet, zoals particulieren, gematst met een prijsplafond, maar moet het volle pond moet betalen. Ander nadeel is dat de kerk drie aansluitingen op het warmtenet heeft waarvoor ook extra betaald moet worden: cv-radiatoren in de kantoren en vloerverwarming in de winkel en het Domcafé.
Gevoelig orgel
De zwaarste aansluiting is voor de kerk zelf die wordt verwarmd met warme lucht. Hiervoor zijn zes putten in de vloer waaruit grote ventilatoren warme lucht de kerk in blazen. Er zijn evenveel putten waardoor lucht de kerk wordt uitgezogen.
Het verwarmen van de kerk moet niet te snel gaan om schade aan het eeuwen oude gebouw te voorkomen. Daarom wordt de temperatuur van het water van de stadsverwarming dat de kelder met 90 ºC binnenkomt, verlaagd tot 60 ºC.
Het grote monumentale Bätz-orgel uit 1831 (met pijpwerk uit 1571) is het meest gevoelig voor temperatuurschommelingen. Vóór het zaterdagmiddagconcert en op zondagmorgen vóór de dienst moet de verwarming daarom al vroeg aangezet worden (dit kan Jan vanuit huis).
In de kelder wordt de temperatuur van het water van de stadsverwarming omlaag gebracht. te snel verhitten schaadt de Domkerk © Gert-Jan Peddemors
De temperatuursensor voor de kerk is bij het orgel gemonteerd. Als de kerk op de gewenste temperatuur is, moet organist Jan Hage het orgel stemmen. Dit luistert heel gevoelig vanwege de mechaniek.
Op zich is een lage temperatuur niet slecht voor de kerk. Niet stoken is in feite het best want dan zijn er ook weinig variaties. De dikte van de kerkmuren houdt de temperatuur min of meer stabiel. Dan is de luchtvochtigheid belangrijker, deze mag niet boven de 80-85 procent komen.
Boven = beneden
Je zou verwachten dat de lucht boven bij de gewelven op 33 m hoogte het warmst is. Maar de afkoeling boven is, doordat het dak niet is geïsoleerd, zo groot dat de temperatuur boven ongeveer dezelfde is als beneden. Er verdwijnt ook veel warmte via de grote glas-in-loodramen. Aan de binnenkant daarvan zit wel een glasplaat, maar daar gaat veel tocht langs.
Hoe een en ander te verbeteren is de vraag, maar daar wordt natuurlijk wel over nagedacht. Zonnepanelen op het dak zijn geen optie. Aardwarmte benutten kan een optie zijn. Selectief geplaatste infraroodpanelen is een andere mogelijkheid.
In de zomer is juist de koelte in de Domkerk een reden om even binnen uit te rusten. Hoewel dit na een paar dagen hitte ook tegenvalt door de warmte die via diezelfde glas-in-lood-ramen binnenkomt.