Ten zuiden van Domplein
Kroegen, moestuintjes met kippen en varkens, schoenmakerijen, herbergen en bordelen. Bij het begin van de jaartelling waren die te vinden buiten de muren van het Romeinse fort op het Domplein. Uit nieuw onderzoek blijkt dat die ook ten zuiden van het castellum te vinden waren.
Eerder werd gedacht dat er alleen kampdorpen waren ten westen en ten oosten van het Domplein. Nieuw onderzoek waarbij topografische kaarten, bodemonderzoek, luchtfoto’s en plattegronden zijn gecombineerd, wijst anders uit.
Archeoloog Eric Graafstal concludeert op grond daarvan dat ook ten zuiden van het ommuurde fort een kampdorp lag. Deze vicus strekte zich zeker 150 meter over de zuidelijke uitvalsweg af. Zeg maar: over de Korte Nieuwstraat tot aan de Hamburgerstraat.
In zo’n fort was vooral voetvolk gelegen, in theorie zo’n 150 man. In de praktijk minder, want de soldaten werden gestationeerd op buitenposten, waren op escorte of op patrouille of op voedsel uit.
Rond zo’n castellum vormden zich kampdorpen met allerlei soorten dienstverlening van buitenstaanders. Maar ook vestigden soldatengezinnen zich officieus buiten de muren, ’vaak met een nerinkje ‘, schrijft Graafstal in een artikel in het Jaarboek van Oud-Utrecht. ‘De winkelstraten van het kamp ontwikkelden zich vooral langs de uitvalswegen.’
Die straten waren ook A-locaties voor grafvelden: de Romeinen begroeven hun doden buiten de nederzettingen. ‘Zo moeten we voor de binnenstad in een brede zone rond de Haverstraat-Hamburgerstraat-Herenstraat rekening houden met losse clusters van crematiegraven. Een uitloper daarvan is in 2006 opgegraven ten zuiden van het Duitse Huis aan de Springweg.’
Scheepswrakken
In de Romeinse tijd stroomde de Rijn aan de noordkant van het fort. Daar was een haven, bewaakt en beschermd. Graafstal verwacht dat daar dan ook scheepswrakken te vinden zijn. Hij verwijst naar een melding dat in 1925 een schuit zou zijn gevonden bij het graven van de 5 meter diepe fundering van (toen nog) boekhandel Kemink aan de Domstraat 1-3.
Eeuwen daarvoor wordt de oudste scheepsvondst van Utrecht, van Nederland, van Europa. Gemeld. Een historicus schrijft in 1564 dat onder het claustrale huis Domplein 5-8 een ‘rank scheepje’ werd gevonden, beladen met kruiken van aardewerk. Beide wrakken zijn te plaatsen in het havenfront van het houten fort, vlakbij de noorderpoort.
Graafstal is nog op zoek naar de exacte locatie van het badhuis dat bij het castellum hoorde. Doorgaans bevond zich dat aan de rechterkant (oostkant), dichtbij een rivier. Hij komt daarom, deducerend en combinerend, uit op de meest waarschijnlijke plek: het oostelijk uiteinde van de Voetiusstraat.
Foto: Vanaf de zuidpoort van het castellum liep een winkelstraat naar het zuiden, waar nu de Korte Nieuwstraat loopt © Michael Kooren