Het groener en aantrekkelijker maken van de singel is een idee van bewoners die zich verenigd hebben in de Initiatiefgroep Vergroening Singel. In en langs de singel (Stadsbuitengracht) zijn sinds 2016 op verschillende plekken maatregelen genomen om de oevers te vergroenen. Het meest opvallend zijn de drijvende vegetatie-eilanden bij enkele bruggen. Verder ligt onderlangs de Maliesingel een natuurvriendelijke oever en verspreid langs de singel liggen 18 speciale SUPER fauna uittreedplaatsen (SUPfups). Op enkele luwe plekken hangen wilgentenen bollen met drijfbladplanten onder water. Ook op de kant zijn maatregelen uitgevoerd. Zo heeft de Stadsschouwburg een extra bloemrijke kant gekregen en achter het Centraal museum ligt een ecologisch kunstproject De Verdwijnende Trap. Inmiddels groeit, bloeit en ontwikkelt het groen zich voortdurend.
Ben Nijssen | mei 2021
De kaalslag op de ecologische trap achter het Centraal Museum heeft bedoeld en onbedoeld veel reacties losgemaakt. Terecht werd gesteld dat een kunstwerk met een waarde van 2,5 ton was beschadigd. Het groen op de trap maakte onderdeel van het kunstwerk uit. Dat betekent gelukkig niet dat de schade ook maar in de buurt van deze waarde komt. De schade bestaat grotendeel uit alle uren die vrijwilligers in het aanplanten en beheren van het groen hebben gestoken, naast de aanschafwaarde van de planten en de uren van de ingeschakelde ecologen. In deze notitie wil ik uiteggen welke ecologische waarden er aan de trap waren toegevoegd en vervolgens hoe het gemeentelijk beleid kon leiden tot “de vergissing” van de gemeentelijke medewerker.
De ecologische waarde van de trap
Het idee van een ecologisch kunstwerk was afkomstig van Vergroening Singel 030. Uiteindelijk resulteerde dit in het ontwerp van beeldend kunstenares Birthe Leemeijer, die al meerdere groene kunstwerken het licht had doen zien. Het idee was een folie van een trap te realiseren waarop op den duur een evenwichtig geheel van vele verschillende muurplanten zich gevestigd zouden hebben, zonder dat het kunstwerk overwoekerd was door het groen. Een ambitieus plan!
© Vergroening Singel030
Het laten begroeien van een bouwwerk is een kunst op zich. Het begint al met het materiaal van de trap zelf. Dit bestaat uit natuurlijk gedolven kalksteen, travertin, afkomstig uit Italië. Deze kalksteen is licht poreus en houdt daardoor in zekere mate vocht vast. De traptreden zijn met open voegen van 2 cm op elkaar gelegd. Om een goede afvoer van water te garanderen zijn de treden in een substraat met lavasteen gelegd, dat tegelijkertijd ook vocht vasthoudt. De voegen zijn opgevuld met een substraat van fijn lavasteen gemengd met groeistoffen die ook op groene dakbedekkingen wordt toegepast. Uitgangspunt is echter dat er tussen de voegen een milieu met een arme voedingswaarde voor planten gehandhaafd moet worden om ongebreidelde groei van ongewenste planten te voorkomen. Uitgangspunt was ook om een zo groot mogelijke diversiteit aan begroeiing te bewerkstelligen.
Verschillen in groeimilieus door verschillen in bezonning zijn van nature aanwezig op de trap; daarnaast is bewust de zuurgraad van het substraat in de voegen van de traptreden aangepast door bijvoorbeeld toevoeging van löss grond uit Limburg. Op deze wijze zijn er een achttal habitatten (ecozônes) op de trap te onderscheiden. De afgelopen drie jaar is gewerkt aan het tot stand brengen van het gewenste evenwicht tussen gewenste en ongewenste begroeiing. We waren er nog niet, maar kwamen wel steeds dichterbij. Verbeteringen die nog noodzakelijk werden geacht, waren de vorming van een oeverzône met speciale beplanting (die voortdurend onder zware druk staat van spelende honden en golfslag) en de begroeiing naast de trap waarbij rekening wordt gehouden met betreding en vorming van olifantenpaden, versterkt door het corona tijdperk.
Factoren die konden leiden tot het platbranden
Hier dienen enige misverstanden uit de weg te worden genomen. Er bestaat een goed overleg tussen de wijkopzichter en Vergroening Singel 030. Duidelijk was dat het onderhoud en beheer tussen de beide rododendronvakken, waartussen de trap ligt, de verantwoordelijkheid was van Vergroening Singel 030. Alleen zijn de financiële vergoedingen voor alle projecten van de werkgroep in de openbare ruimte voor 2021 nog niet geregeld. Op dit moment gebeurt alles nu op geheel vrijwillige basis. Volgens de wijkopzichter zijn alle gemeentelijke groenbeheerders in de Binnenstad op de hoogte gesteld van de situatie bij de trap. Ook de aannemer van het maaibestek zou op de hoogte moeten zijn van de afspraken, maar dat geldt waarschijnlijk niet voor diens werknemers. Dit is een punt waar het al op verschillende plaatsen is misgegaan. Er zijn sinds eind vorig jaar contracten met nieuw aannemers afgesloten. Deze nemen bij de in hun visie beste keuze om bij twijfel te gaan maaien. Frustrerend voor vrijwilligers die hun eigen plek zo ecologisch mogelijk willen beheren, maar het heeft in veelal geen desastreuze gevolgen, anders dan bij de trap.
De discussie bij de trap heeft diepere achtergronden. Het gaat over het schoonhouden van de openbare ruimte van datgene wat algemeen als onkruid wordt beschreven. Er worden (nog steeds) medewerkers op pad gestuurd om de bestrating vrij te maken van alle groen door dit weg te branden of te borstelen. Alle groen moet zogenaamd niet alleen tussen de voegen weg, maar ook uit bijvoorbeeld boomspiegels. Voor het gemak worden deze boomspiegels daarom voorzien van een halfverharding om plantengroei te voorkomen. Tegen deze procedures wordt steeds meer bezwaar gemaakt door mensen die deze plantjes determineren en tot de conclusie komen dat het hier veelal om interessante diversiteit van begroeiing gaat. Tegengesteld ook aan de visie van de gemeente om vrijwilligers te vragen om boomspiegels in beheer te nemen en daarmee openbaar groen te creëren.
Daarnaast laat de gemeente nog steeds gevels en (kade)muren met water schoonspuiten om “aangroei” te verwijderen. Niemand die zich dan afvraagt welke gewenste muurplanten er dan ook verwijderd worden. Een en ander wordt door bestaande regelgeving in stand gehouden. Voor een schone en onkruidvrije openbare ruimte worden de hoogste waarderingscijfers gegeven en hier worden de werknemers en aannemers op afgerekend. Deze waardering wordt op dezelfde wijze uitgesproken door een groot deel van de bewoners van de stad. Wil hier verandering in kunnen komen, dan zal regelgeving moeten worden aangepast en vervolgens moeten medewerkers geschoold worden. Ook de publieke opinie dient bijgesteld te worden door het verstrekken van achtergrond informatie, kennis en ervaring en begeleiding van bewoners die open staan voor vergroening van de openbare ruimte. Educatie helpt bij het lezen van het inheemse groen wat zich in onze stad thuis voelt en hier ook een plek verdient. De ecologische trap biedt deze Utrechtse plantensoorten een welverdiend podium.
Een slotopmerking achteraf. De groep vrijwilligers die zich inzetten voor het beheer van de ecologische trap en andere groenprojecten in de openbare ruimte bestaat niet uit een elitair groepje, zoals dat in sociale media af en toe wordt gesuggereerd, maar zou ik willen omschrijven als pioniers die een beter leefklimaat willen bereiken voor iedereen. Deze pioniers zijn in ieder geval bereid om de groene invulling van de trap opnieuw op te pakken en zo mogelijk er verbeterd uit te komen.