De gemeente heeft 36 complexen, gebouwen en objecten toegevoegd aan de gemeentelijke lijst van beschermde monumenten. Het gaat om woningen, onderwijs- en kantoorgebouwen, religieuze gebouwen, bruggen enzovoorts uit de periode 1970 – 2008. De gemeenteraad had hierom gevraagd toen er bij de bouwplannen van het Universiteitsmuseum een discussie ontstond welke gebouwen qua architectuur, cultuurhistorische en/of stedenbouwkundige waarde belangrijk zijn om te behouden voor de toekomst.
Met de aanwijzing van nieuwe monumenten uit genoemde periode sluit Utrecht aan bij het landelijke Post 65-programma om de bouwkunst in de periode van 1970 tot 1990 in kaart te brengen. Utrecht is de eerste gemeente die een serie jonge monumenten aanwijst en neemt daarbij zelfs ook de periode van 1990 tot 2008 mee.
Op de fiets
Bettina van Santen, architectuurhistorica van de gemeente, was aanwezig bij een onlangs door de gemeente georganiseerde informatieve fietstocht langs diverse nieuwe monumenten in de binnenstad. Van Santen was nauw betrokken bij de aanwijzing van jong erfgoed. Onder haar begeleiding startte de fietstocht, aftrap bij TivoliVredenburg.
Architect Herzberger heeft het TivoliVredenburg-complex bij de planontwikkeling zodanig gesitueerd, dat daarmee een doorbraak voor een verkeersweg werd geblokkeerd. Achteraf was iedereen daar erg blij mee. Het gebouw is een voorbeeld van het zogenaamde ‘structuralisme’ waarbij kleinschaligheid en ‘ontmoeten’ centraal stond.
Vandaar naar de Jan Meijenstraat in Wijk C, waar het vooral ging om de stedenbouwkundige inpassing, die het oude stratenpatroon volgt en de materiaaltoepassing. Het plan is van de architecten Würdemann, van Vliet en Jansen.
Daarna naar de Pauwstraat 26-28, waar een robuuste gevel staat van een blokje stadvernieuwingsappartementen. Architect Mart van Schijndel verwijst hier naar de stedelijke verdedigingswerken, mede door het naar voren stekende halfronde trappenhuis.
Ook het bekende ‘Sluijmerhuis’ van architect Sluijmer, op het minikaveltje aan de Kromme Nieuwegracht kon natuurlijk niet ontbreken. Aan het Pieterskerkhof 8 vinden we de Postmodernistische gevel van het door Mart van Schijndel verbouwde voormalige glaspakhuis. Een belangrijk onderdeel uit het oeuvre van de architect en de weergave van een bepaald tijdsbeeld.
Vervolgens naar Groenestraat 100-104; voormalig zusterhuis van (toenmalig) Wilhelmina Kinderziekenhuis van architect Mertens. Een brutaal ontwerp vooral door de combinatie van baksteen en betonnen gevelelementen. Het Universiteitsmuseum aan de Lange Nieuwstraat, de aanstichter van de nieuwe monumentenlijst, van architect Koen van Velsen is gelukkig bewaard gebleven en ziet er na de recente verbouwing nog mooier uit.
De nabijgelegen Vrouwjuttenhof (architecten Temminck Groll en van Vliet) is een voorbeeld van een kleinschalige inpassing, mede mogelijk gemaakt omdat een verkeersdoorbraak niet doorging. De smalle panden volgen de oude rooilijnen en omsluiten een mooie groenhof: de Eligenhof.
Aan de Rondpoort, bij de werf aan de Oudegracht, bekijken we de kleine verrassende invulling van een kavel van 6 x 6 meter van architect Rob van den Hout uit 1999. Goed voor de publieksprijs in 2001 van UN/AD.
Via de Zeven Steegjes rijden we naar de Teugelhof aan de Strosteeg. Een mooie kleinschalige stedelijk invulling uit 1974 van Aart Oosting. Het was het eerste stadsvernieuwingsproject in Utrecht en met een actief buurtcomité. De prachtig in de omgeving ingepaste nieuwbouwappartementen (1997) van AWG-architecten (o.a bOb van Reeth) aan de Mariaplaats mochten natuurlijk niet ontbreken op de lijst. Dit zorgvuldig ontwikkelde en uitgewerkte project heeft zijn faam inmiddels bewezen.
De volledige selectielijst van jong erfgoed is hier te vinden.
Fotografie © Ton Verweij